Jaren geleden schreef Jo Van Damme in de krant elke dag een column over geluk. Eén van de onderwerpen: Vind 3 gelijkenissen tussen jezelf en jouw tuin (of jouw lievelingstuin).
Toon me je tuin en ik zal zeggen wie je bent.
Alfred Austin
Uitgangspunt
Bij het bladeren in mijn oude knipselboeken kwam ik het artikel tegen. Het uitgangspunt betrof bovenstaand citaat van de Engelse dichter Alfred Austin. Van Damme had enkel een koertje maar noemde de voorgevel van zijn huis zijn lievelingstuin, al was het maar dat hij daar al eens een interessant gesprek met iemand kon voeren. Heel relevant eigenlijk in deze coronatijden.
Ik heb wél een tuin. Een ruime zelfs. En een voortuin. Al is die laatste in deze context van ondergeschikt belang. Hij is deels beplant en deels aangelegd als parking, er zitten doen we niet. Tijdens het poetsen of onkruid wieden wordt er al eens een – schaars – babbeltje geslagen met passerende buren. Als ze niet met de wagen zijn dan. Met wandelaars en fietsers blijft het bij een knikje. Zo gaat dat hier. Ieder keert voor zijn eigen deur. Letterlijk en figuurlijk.
Proef op de som
Na het lezen trok ik dus naar mijn achtertuin en bekeek hem eens met de ogen van Austin. Waren zijn woorden waarheid? Kan je echt aan iemands tuin zien hoe die persoon is?
Nana weet wat ze wil en houdt van gezelligheid
Een tuinarchitect kwam er niet aan te pas, ook al vragen mensen me dat soms. Nee hoor, ik ontwierp hem helemaal zelf. Maar hij blijft nog “groeien”. Elk jaar verandert er wel iets. Zo besloten we vorig jaar om de dolomiet (Merlemont) niet aan te vullen maar hem te vervangen. De kiezels waren ondertussen zo verkleurd dat ze helemaal grijs zagen. Deze keer kozen we voor een ander type, nl Amarillo in een diep beige kleur. Zo kreeg de tuin een wat warmer uitzicht.
De tuin heeft niveauverschillen met her en der ruimte voor een zithoek. Ten eerste omdat ik graag alle positieve aspecten van de tuin beleef en dat liefst hoe en wanneer ik het wil. In de zon, uit de zon, onder de boom, naast het huis,… Op een stoel, ligzetel, zitbank of in de hangmat… Als het weer het toelaat zitten we met ons bezoek het liefst in de tuin. Gelukkig hebben we buiten veel zitjes want in coronatijden is dat zelfs een must, weer of geen weer.
Nana is een kind van de zon en zit ook in België graag met haar hoofd in de Provence
De tuin heeft geen gras maar wel veel vaste planten, struiken, druiven, wat groenten en kruiden. Hij is zeer onderhoudsvriendelijk ingericht. Het mediterrane sfeertje komt niet alleen van de planten – de dakplataan die in de zomer heerlijke schaduw geeft, verschillende olijfbomen, oleander, lavendel, Gaura, druiven en een vijgenboom zoals je hier op de foto’s kan zien – maar ook van de decoratie die we veelal uit Frankrijk meebrengen of vinden bij de kringwinkel. Onze vijgenboom wil het maar niet goed doen. Hij groeit niet, heeft kleine bladeren en vijgen… ha, zelfs na Pasen nog geen enkele keer wat gezien. We hebben al vanalles geprobeerd. Geduld hebben zegt de tuinman die onze leibomen komt snoeien elk jaar en telkens zeggen we dan tegen elkaar dat we hem nog een jaartje respijt geven. De boom hé.
Nana houdt van Ricard, en niet alleen bij het aperitief
We zijn gek op Ricard en verzamelen ook kannen, glazen etc. Voor de tuin hebben we in Frankrijk al enkele reclameborden gescoord. Een must om een mediterrane sfeer te creëren vinden we…
Het stuk tuin naast het huis was voorheen domein van de hond des huizes. Na zijn overlijden hebben we dat heraangelegd met een zonnige zitplek, een ontbijthoek, planten en kruiden. Bij het Ricard reclamebord kwam een fel geel bistrosetje van Blokker te staan. De klimplant die de – typisch Belgische – schutting wat groen moet kleuren staat nog in zijn kinderschoenen maar dat geeft niet want directe buren hebben we aan die zijde niet. Veranderen zal deze kant van de tuin dus zeker nog.
Conclusie
Ja, het klopt! Ik herken me wel in mijn tuin. Hmm, nu wil ik toch ook eens nagaan hoeveel ik er van manlief in kan ontdekken. Kan jij gelijkenissen vinden tussen jou en je tuin?